On a

On a

Klaar met krimpende vrouwen


Als ik op een feestje bij het lopend buffet zoveel mogelijk heb opgeschept en vervolgens ongestoord van mijn eten wil genieten, begin ik altijd over feminisme. Gegarandeerd dat ik binnen vijf minuten alleen aan een tafeltje zit, in een verder volle zaal. 

Er is geen onderwerp dat de sfeer sneller verpest dan De Vrouwenzaak. De rollende ogen die zeggen 'Wat een onzin, ga in Pakistan kijken', tegenover de rode konen bij het pleidooi waarom het ook, 'juist!', in Nederland van belang is. Laten we geen onvergelijkbare grootheden hanteren, maar ons concentreren op de feiten, in eigen land - trek daarna je conclusie. 

Het lijkt me een logisch en gezond uitgangspunt ernaar te streven dat de mensen die de helft van een samenleving vormen, vrouwen, evenveel verantwoordelijkheid dragen voor het beleid van die samenleving. En niet, zoals nu, voornamelijk uitvoeren wat die andere helft, mannen, als koers heeft uitgezet. Als je daar even over nadenkt, realiseer je je misschien hoe onzinnig en feilbaar dat klinkt, als systeem waarin we onze zonen en dochters afleveren. Diezelfde zonen en dochters die we opvoeden met het idee dat zij gelijkwaardig zijn en evenveel in te brengen hebben. Je zou voor de grap je zoon(s) eens een week over alles moeten laten beslissen voor je dochter(s), als voorbereiding op de echte wereld. Die wereld waarin het hoofdzakelijk mannen zijn die in politiek, cultuur en bedrijfsleven de lijnen uitzetten, waarnaar al die slimme dochters zich op enig moment in hun leven voegen. 

Luxe-probleem
‘Het valt allemaal wel mee’, hoor ik vaak. Nee, dat doet het niet. We hebben in Nederland 10% vrouwen in het senior management – een percentage dat al jaren gelijk blijft en waarmee we wereldwijd onderaan staan, ónder India en de Verenigde Arabische Emiraten. De fractievoorzitters van de zes grootste partijen zijn allen man. Wat wij in de media zien wordt hoofdzakelijk bepaald door mannen, kijk bijvoorbeeld naar de filmindustrie met een 5:1 man-vrouw ratio. 

En als je dat een luxe-probleem vindt, weet dan dit: huiselijk geweld is in ons land de meest omvangrijke vorm van geweld[1], verantwoordelijk voor éénderde van alle vrouwenmoorden. Onderzoek wijst (financiële) afhankelijkheid aan als belangrijkste oorzaak: er is een scheve machtsverhouding waardoor vrouwen zich niet kunnen losbreken uit giftige relaties. We hebben niets aan mensen -meestal vrouwen die het wél redden en mannen die er in hun omgeving nooit mee geconfronteerd zijn - die vanaf de zijlijn roepen dat Nederlandse vrouwen nu eenmaal lui, prinsesserig en kind-geobsedeerd zijn. Dat is net zo effectief als een slanke vrouw die op een Weight Watchers-bijeenkomst roept: 'Ik heb toch ook nergens last van? Jullie moeten gewoon minder vreten!' Daarmee hanteer je een micro-redenering over een macroprobleem - daar schiet niemand iets mee op. Applaus voor jezelf, zou Mijnheer Kaktus zeggen; maar als we structureel iets willen veranderen zullen we dat niveau toch echt moeten ontstijgen.     

De vrouw als bijna-man
Een cruciaal pijnpunt is dat in ons wereldbeeld de man nog steeds maatgevend is. Mijn favoriete columnist Maxim Februari zei eens: ‘toen ik nog een vrouw was en in een vergadering iets slims zei, praatten mensen meestal door. Nu ik een man ben, luistert iedereen onmiddellijk.’ We hebben het over ‘vrouwen met ballen’ of ‘powervrouwen’, alsof je kloten of bovenaardse krachten moet bezitten om als vrouw leiding te kunnen geven, om expert te kunnen zijn. En dan die bewezen ineffectieve focus op diversiteitsprogramma’s en quota, terwijl daarmee niets aan ingesleten denkbeelden wordt gedaan. Het begint bij gedragsverandering, niet bij omgevingsverandering. 

Speak up
Ik had vliegles van de eerste vrouwelijke instructeur van Nederland en terwijl wij samen boven zee vlogen, vertelde ze mij hoe ze vanaf de jaren '70 was tegengewerkt. Ze was recht in haar gezicht uitgelachen en achter haar rug geboycot, maar ze bleef stug doorgaan. ‘Wat een inspirerend verhaal’, zei ik haar, ‘U zou dat aan meer vrouwen moeten vertellen.’ Toen antwoordde zij: ‘Je ergens over uitspreken begint bij jezelf.’ Touché. 

Dus bij dezen. 

Aan alle mannen van Nederland: dit is geen vrouwenprobleem, dit is ook jullie probleem. Dit is de wereld waarin jullie dochters zo meteen een bestaan moeten opbouwen, de meisjes die jullie nu opvoeden alsof er geen verschil is, alsof ze alles kunnen bereiken – jullie liegen ze voor. Kijk naar je eigen werk- en gezinssituatie: dát is de realiteit waarin jullie meisjes en vrouwen afleveren. Ben je daar tevreden mee, of gun je hen iets anders? 

Stop met krimpen
Maar vooral aan alle vrouwen van Nederland: stand your ground. Je hoeft jezelf niet groter te maken dan je bent, maar maak jezelf niet kleiner – beetje bij beetje en door de jaren heen, zoals waarschijnlijk je moeder en oma vóór je hebben gedaan. Investeer niet alles in je kinderen met de gedachte dat ze dan een prachtige maatschappelijke carrière te wachten staat, terwijl jij zelf het tegenovergestelde voorleeft. Als iets moeilijk, zwaar, eng of onbereikbaar lijkt: zeg ja. Je overleeft het wel. Begin niet iedere zin met sorry. Wees wat minder bezig met hoe je eruit ziet (en hoe andere vrouwen eruit zien) en meer met wat je betekent. Doe niet stoer of schamper tegen andere vrouwen. Reik ze de hand en stimuleer ze hetzelfde te doen. 

Creëer ruimte. 

Of, zoals de pas 20-jarige Lily Myers het hieronder zo prachtig verwoordt: wees geen krimpende vrouw. Het is erfelijk. 









[1] 230.000 gevallen van ernstig/herhaald geweld per jaar

Geen opmerkingen:

Een reactie posten